Charlieu

Abdij Saint-Fortunat te Charlieu, een oude geschiedenis

Charlieu ligt net niet meer in de Bourgogne,
maar in het departement Loire, in de Auvergne,

Deze kleine stad kent een oude geschiedenis met prachtige restanten van een benedictijnse abdij.

Aan de zuidelijke grens van Bourgondië bezit dit oude klooster meesterwerken van de beeldhouwkunst
die getuigen van het grote vakmanschap dat de ambachtslieden in de Middeleeuwen aan de dag legden.

Charlieu is vooral bekend om de schitterende timpanen,
en de restanten van de kloostergang en de kapittelzaal,

die gelukkig goed bewaard zijn gebleven.
Het tympaan van de westgevel is het oudste tympaan dat tot op de dag van vandaag zichtbaar is
van de Bourgondische romaanse kunst in Frankrijk. 

Om de abdij van Charlieu heeft zich, net als in Cluny, een dorp met specifieke architectuur ontwikkeld.
Zoals de meeste kloosters, ligt ook Charlieu in een schitterende omgeving.

Als je naar Charlieu gaat, zijn in deze omgeving ‘la Montagne de Dun’ en het ‘Viaduc de Mussy’
ook heel interessant om te bezoeken.

Charlieu
kloostergang van de abdij Charlieu (foto: Cees van Halderen)


Kleine geschiedenis van de abdij van Charlieu

Charlieu I

In de vallei van de rivier de Sornin ligt in de Vroege Middeleeuwen de plaats Sonna met een oude kapel die gewijd is aan Saint Martin. Op deze plek sticht bisschop Radbert van Valence in 872 een abdij.
De monniken van deze abdij zijn de eerste Benedictijnen die hun abdij Carus Locus (geliefde plaats) gaan noemen. 

Rond 880 staat de abdij onder directe bescherming van koning Boson, die je terugvindt in het grote noordelijke portaal van de narthex. Boson is dan de gouverneur van Lyonnais, graaf van Mâcon en koning van de Provence. Deze abdij noemen we Charlieu I.

Op 15 oktober 879 wordt Boson tot koning van het herstelde koninkrijk Bourgondië benoemd en een paar dagen later in Lyon gekroond door Aurélien, de aartsbisschop van de stad.
Boson vestigt zijn hoofdstad in Wenen. Koning Boson wordt beschouwd als een weldoener die de monniken van de abdij land schenkt.
Deze ‘beschermer van Charlieu’ wordt tot in de 18e eeuw nog steeds gevierd met missen gewijd aan de rust van zijn ziel.

Charlieu
maquette van de oorspronkelijke abdij

Charlieu II: priorij van Cluny

In het jaar 932 verbindt de abdij zich aan de invloedrijke abdij van Cluny. Charlieu doet dit als een van de eerste kloosters in de Vroege Middeleeuwen. 

In de tiende eeuw breidt de kerk van Charlieu zich onder abt Odon van Cluny uit tot Charlieu II. Deze kerk krijgt zijbeuken waar pelgrims om de relikwieën van de heiligen Fortunatus en Stephanus kunnen lopen.
Rond 1040 wordt de benedictijner abdij terug gebracht tot priorij van Cluny. Het versterkte Charlieu is een belangrijke vesting voor het netwerk van Cluny.

Opgravingen in 1926 van de fundamenten hebben het plan van de kerken van de 9e, 10e en 11e eeuw onthuld.

Charlieu III

Charlieu III wordt gebouwd onder het abbinaat van Odilon, abt van Cluny. In het jaar 1094 wordt de vergrote priorij ingewijd met kloostergebouwen die twee kloosters omvatten. Zowel de apsis als het beeldhouwwerk van de kapitelen, lijken erg op die van Anzy-le-Duc.

Het nieuwe schip is rond 1115-1120 voltooid, waarna twee decennia later met de bouw van een imposante narthex voor de gevel van de kerk de kerk definitief wordt. 
Het plan van deze kerk, met een Latijns kruis en een benedictijnerkoor met verspringende kapellen en een kleine apsis, is geïnspireerd op de machtige kerk van Cluny II. De kerk van Anzy-le-Duc, die iets later is gebouwd, heeft een vrijwel identiek plan.

Van de 12e tot de 15e eeuw beleeft de priorij een gouden eeuw. In de 16e eeuw telt de abdij slechts een dertigtal monniken.

Charlieu
foto: Cees van Halderen


Abdij en stad komen onder bescherming

In het jaar 1180 komen priorij en stad onder bescherming van de Franse koning Philippe Auguste. Al behoudt Cluny haar heerlijkheidsrechten. Tot de 13e eeuw is de abdij in ontwikkeling. Met een bewoning van ongeveer 35 monniken.

In de daarop volgende eeuwen komen er steeds minder monniken in Charlieu te wonen. 
De priorij heeft aan de vooravond van de Franse Revolutie nog maar zes monniken over. In 1787 wordt de abdij opgeheven. Zoals veel kloosters wordt het vervolgens geseculariseerd en verkocht als nationaal bezit en worst het grootste deel van de kerk verwoest. 

De laatste monniken van de abdij van Charlieu: Dom Pierre-Jaques de Barruel en Dom Philippe Samoël

Pierre-Jacques de Barruel wordt geboren op 25 februari 1757 in Villeneuve de Berg in de Ardèche.
Hij studeert aan de Sorbonne voordat hij rond 1765 als monnik het Charlieu-klooster intreedt en vervolgens in 1781 kloosterpriester wordt.
In 1788 zit hij in de vergadering van het departement Roanne in de gelederen van de geestelijkheid.

Philippe Samoël wordt geboren in Beaujeu op 16 februari 1755. Op 18 december 1779 is hij tot priester gewijd in Belley
en volgt zijn noviciaat in de priorij van Ambierle, voordat hij op 5 augustus 1780 in de priorij van Charlieu treedt .

Op 14 augustus 1792 legt de Nationale Vergadering de eed van ‘vrijheid en gelijkheid’ op
aan alle religieuze mensen die profiteren van een staatspensioen.

Philippe Samoël weigert de eed af te leggen en blijft in het klooster,
terwijl Pierre-Jaques de Barruel de eed aflegt en zich terugtrekt in Fleury la Montagne.

De monnik Philippe wordt op 11 april 1794 overgebracht naar het huis van bewaring in Roanne,
van waar hij ontsnapt en onderduikt.

In 1792 vestigt Pierre-Jacques de Barruel zich in Fleury la Montagne.
In 1794 trekt hij de afgelegde eed in en duikt, net als Philippe Samoël, onder.
Deze twee priesters maakten deel uit van een netwerk van weerbarstige priesters.

Welke delen van de abdij in Charlieu zijn verdwenen?

Een groot deel van de abdij bestaat helaas niet meer, tijden de Franse Revolutie wordt een groot deel van de kerk verwoest. 

De refter kwam uit op de zuidelijke galerij van het klooster. Nadat de laatste monnik het klooster had verlaten, wordt het eerst privé-eigendom en daarna gesloopt. De schilder Alexandre Denuelle wordt echter eerst nog  gevraagd een kopie te maken van de romaanse schilderijen in de refter. Deze worden bewaard in het Musée de Cluny in Parijs.
Het bas-relief van ‘de Aankondiging’ van de stoel van de voorlezer is ook bewaard gebleven.

Een deel van de woongebouwen van de monniken en het klooster is nog wel te bewonderen.

De narthex van de abdij Charlieu

De narthex is het toegangsportaal van de kerk, maar had ook een liturgische en symbolische rol. In deze ruimte bevonden zich de volwassenen die zich voorbereidden op de doop. Gelovigen verzamelden zich hier ook om processies te vormen en pelgrims werden er ontvangen.

Bovenin de narthex sliepen de gasten met bescheiden middelen, boetelingen en pelgrims op weg naar Santiago de Compostela.

De narthex van Charlieu stamt uit de eerste helft van de 12e eeuw en wordt gebouwd aan de gevel van de kerk uit de 11e eeuw. De narthex heeft een niet gebruikelijke oriëntatie voor die tijd, deze staat namelijk niet in het verlengde van de kerk, maar heeft een ingang aan de noordzijde van de kerk. Met een lengte van17 meter en een breedte van 10 meter is deze narthex een imposant gebouw met twee verdiepingen en kruisgewelven. Aan de noordkant hebben de portalen en timpanen opmerkelijke versiering gekregen. Deze rijke versieringen zijn geïnspireerd op oude en Byzantijnse kunst.

De twee verdiepingen met kruisgewelven en drie beuken van één travee verraden een laat-Cluniacenzer stijl. Dit geeft het vermoeden dat architecten en kunstenaars van Cluny hier betrokken zijn geweest.

Le logis du prieur; het huis van de prior

Vanaf de 15e eeuw woont de prior, net als in Cluny, in een aangrenzend herenhuis.
De bouwwerkzaamheden aan de woning van de prior worden uitgevoerd door Antoine Geoffroy, prior van 1487 tot 1498 en voortgezet door Jean de la Magdelaine, prior van 1509 tot 1527, wiens wapen op de voordeur staat. Het gebouw lijkt in 1514 voltooid te zijn.
Je kunt dit gebouw bezoeken, maar het is niet altijd geopend.

Portalen en timpanen

Het zijn tegenwoordig vooral de schitterende tympanen waarom Charlieu zoveel bezoekers trekt.
De narthex heeft drie gebeeldhouwde portalen, die alle drie goed bewaard zijn gebleven en uitzonderlijk meesterwerk van beeldhouwkunst uit de Middeleeuwen zijn.

Timpaan Hemelvaart van Christus

Het oudste timpaan bevindt zich in de narthex, in het midden van de gevel van de kerk.
Dit timpaan behoort aan Charlieu III en is het westelijk timpaan dat de Hemelvaart van Christus verbeeldt. Naast Christus zie je twee engelen.

Charlieu

Hemelvaart van Christus,
naast Christus zie je twee engelen.
De latei (bovendorpel) verbeeldt de twaalf apostelen.  

 Ze houden een boek op hun rechterknie en heffen hun linkerhand op als teken van acclamatie.
Dit verwijst naar de glorieuze wederkomst van Christus aan het einde der tijden.
Het timpaan heeft veel gelijkenis met de kerk van Anzy-le-Duc en van Mont Saint-Vincent.

De noordgevel van de abdij heeft twee van de prachtigste romaanse timpanen van Frankrijk

Charlieu
Charlieu
Charlieu

 

De twee indrukwekkendste portalen vind je op de hoofdgevel aan de noordkant van de narthex. 
Deze portalen bieden een uitzonderlijk mooi beeldhouwwerk. 
Kunst in de benedictijnse traditie was bedoeld ‘om de ziel te verheffen’.

Het grootste timpaan verbeeldt Christus in Majesteit,
het kleinere timpaan aan de rechterzijde toont de Transfiguratie, de bruiloft te Kana en het offer van Abraham.
Opvallend dat er scenes uit het Oude én het Nieuwe Testament staan verbeeld.

Dit zijn ongetwijfeld dezelfde kunstenaars die in de nabijgelegen kerk van Saint-Julien-de Jonzy werkten.

Het grote timpaan: Christus in Majesteit

Charlieu
foto: Cees van Halderen

Dit portaal dateert uit de tweede kwart van de 12e eeuw,
onder het abbatiaat van Pierre le Vénérable (Peter de Eerbiedwaardige).

In het midden staat Christus in Majesteit, omringd door de symbolen van de vier evangelisten (tetramorf):
de mens van Mattheus, de leeuw van Marcus, de os van Lucas en de adelaar van Johannes. 

De 24 rozen van de bogen symboliseren de 24 Oudsten uit de Apocalyps.

Op de latei zie je Maria in het midden, met aan beide zijden een engel en zes apostelen.

De twaalf apostelen, zoals aangekondigd voor het Oordeel (Mt 19:28),
zitten voor een oppervlak waarop de stapels stenen van een muur zijn getekend,
die de muur van Jeruzalem kunnen symboliseren ,
terwijl de twaalf apostelen de twaalf poorten van Jeruzalem markeren.
de heilige stad, in een populair thema in de monumenten van het derde kwart van de 12e eeuw.  

Links daarvan zie je een afbeelding van koning Boson en koning David,
en rechts van bisschop Radbert van Valence en Johannes de Doper.

Heel opvallend is het Lam Gods helemaal bovenaan het timpaan.

Het tympaan van Charlieu lijkt elementen te combineren van de laatste hoofdstukken van de Apocalyps
de levensboom van het paradijs, en het visioen van de oude mannen en de vier dieren. 

 

Charlieu
het Lam Gods uit de Apocalyps

Het kleinere timpaan: bruiloft te Kana en de Transfiguratie

Het kleine timpaan in een eveneens prachtige romaanse stijl verbeeldt de Bruiloft te Kana.
Volgens Pierre le Vébérable, een 12e eeuwse abt van Cluny die veel invloed had,
vertegenwoordigt Christus met dit wonder de Eucharistie en het sacrament van het altaar. 
In de arcadeboog zie je de Transfiguratie, met Jacobus, Johannes, Christus, Mozes, Elia en Petrus.

Op de latei de dierenoffers die onder de Joodse wet werden beoefend,
mogelijk het offer van Abraham.

Charlieu


De kapitelen van Charlieu

Charlieu heeft prachtige gebeeldhouwde kapitelen in het schip en de narthex. Met een veelheid aan afbeeldingen zoals de Jacobsschelpen van de pelgrims, de zon en maan als symbolen van goed en kwaad en een zeemeermin.
De kapitelen van het schip stammen uit het eind van de 11e eeuw. De 12e eeuwse kapitelen van de narthex worden toegeschreven aan beeldhouwers van Cluny. Ook de kapitelen hebben veel overeenkomst met die van de kerk van Anzy-le-Duc.

Charlieu
Charlieu
Charlieu

foto’s: Cees van Halderen

In de oude kelder van de abdij, het Cellier, is het Musée Lapidaire gevestigd waar veel sculpturen die bewaard zijn gebleven, worden tentoongesteld. Hier zie je onder andere een 10e eeuws bas-relief van Daniël in de leeuwenkuil, het oudste beeldhouwwerk van de abdij.

Verder staan er kapitelen, consoles, lateien en romaanse en gotische sculpturen.

Charlieu
Musée Lapidaire in de abdij (foto Cees van Halderen)

Het oude klooster van Charlieu

Vanuit de kerk kom je de 15e eeuwse gotische kloostergang met een indrukwekkende romaanse zuilenrij. Door deze kloostergang lopend, kom je in de bewaard gebleven kapittelzaal en bij de kapel van de prior.

De kloostergang

Alle benedictijnse kloosters hebben een kloostergang die, direct naast de kerk geplaatst, de vierkante kern is waaromheen de belangrijkste kloostergebouwen zich bevinden. Het is tevens een doorgangsplaats en een plek van meditatie.

Charlieu
foto: Cees van Halderen
Charlieu
Charlieu
foto: Cees van Halderen


De kapittelzaal

In een kapittelzaal van een abdij komen de monniken bij elkaar om met elkaar te bidden of van gedachten te wisselen. Ook worden de monniken hier onderwezen door de abt. De monniken komen hier dagelijks samen om te luisteren naar passages uit de benedictijnse Regel, die hun manier van leven definieert. Het woord kapittel betekent in dit verband ‘hoofdstuk’, verwijzend naar een hoofdstuk uit de kloosterregel.

Charlieu
deel van de kapittelzaal van Charlieu
Charlieu
stenen boekenstandaard om de Regel op te leggen tijdens het voorlezen

bronnen

huis in bourgogne

Huis huren?

Geïnteresseerd in een vakantiehuis in deze omgeving?